1
Verwarm de oven voor op 180°C. Schroei het gebraad aan alle kanten dicht op een hoog vuur, in een koekenpan met hete boter en olie. Leg het daarna in een ovenschaal, voeg peper en zout toe en bestrooi met ⅔ van de tijm. Bak het gebraad gedurende 35 min. (reken op 45 min./kg). Haal het nadien uit de oven, dek het af met aluminiumfolie en laat het 5 minuten rusten.
2
Doe de rode bessengelei, de rest van de tijm en de rode wijn in een pannetje. Breng aan de kook, meng met een garde en laat 5 minuten op een zeer laag vuur sudderen. Doe de rode vruchten in een andere pan, voeg ¼ van de saus toe en fruit dit mengsel gedurende 2 minuten. Voeg de rest van de saus toe, haal van het vuur en breng op smaak.
3
Snijd het gebraad in dunne plakjes en serveer met de rode vruchtensaus. Vervolledig dit gerecht met knolselderijpuree of kroketten.
1
Verwarm de oven voor op 180°C. Schroei het gebraad aan alle kanten dicht op een hoog vuur, in een koekenpan met hete boter en olie. Leg het daarna in een ovenschaal, voeg peper en zout toe en bestrooi met ⅔ van de tijm. Bak het gebraad gedurende 35 min. (reken op 45 min./kg). Haal het nadien uit de oven, dek het af met aluminiumfolie en laat het 5 minuten rusten.
2
Doe de rode bessengelei, de rest van de tijm en de rode wijn in een pannetje. Breng aan de kook, meng met een garde en laat 5 minuten op een zeer laag vuur sudderen. Doe de rode vruchten in een andere pan, voeg ¼ van de saus toe en fruit dit mengsel gedurende 2 minuten. Voeg de rest van de saus toe, haal van het vuur en breng op smaak.
3
Snijd het gebraad in dunne plakjes en serveer met de rode vruchtensaus. Vervolledig dit gerecht met knolselderijpuree of kroketten.