1
Verwarm de oven voor op 180°C.
2
Bechamelsaus: Smelt de boter in een steelpan, bestrooi met de bloem, meng 1 minuut met een garde en voeg dan beetje bij beetje al kloppend de melk toe. Laat enkele minuten zacht koken tot de saus dikt. Breng op smaak met peper, zout en een snufje kaneelpoeder.
3
Verbrokkel de seitan en de feta. Giet 1/3 van de bechamelsaus in 4 individuele schotels. Verdeel er de helft van de aubergineschijven (ontdooid) en de helft van de seitan over. Bedek met 1/3 bechamel en herhaal met de overige ingrediënten. Eindig met verbrokkelde seitan en feta. Bak in 15 à 20 minuten goudbruin in de oven.
4
Haal sneden focaccia door olijfolie en gril ze. Serveer bij de gratin.
1
Verwarm de oven voor op 180°C.
2
Bechamelsaus: Smelt de boter in een steelpan, bestrooi met de bloem, meng 1 minuut met een garde en voeg dan beetje bij beetje al kloppend de melk toe. Laat enkele minuten zacht koken tot de saus dikt. Breng op smaak met peper, zout en een snufje kaneelpoeder.
3
Verbrokkel de seitan en de feta. Giet 1/3 van de bechamelsaus in 4 individuele schotels. Verdeel er de helft van de aubergineschijven (ontdooid) en de helft van de seitan over. Bedek met 1/3 bechamel en herhaal met de overige ingrediënten. Eindig met verbrokkelde seitan en feta. Bak in 15 à 20 minuten goudbruin in de oven.
4
Haal sneden focaccia door olijfolie en gril ze. Serveer bij de gratin.