1
Meng de kruiden, het kruidentuiltje en een lange sliert sinaasappelzeste met de marinade. Leg het vlees in de marinade en laat het (minstens 3 u.) marineren. Bak het vlees 1.30 u. (met de geklaarde boter) volgens de instructies op de verpakking. Laat het zoals aangeduid 30 min. in de oven rusten.
2
Maak de peren: giet de wijn in een kleine kookpot met de honing, de kruiden, dikke slierten sinaasappelzeste en het sap van de sinaasappel. Warm zachtjes op en dompel er de hele geschilde peren in. Laat ± 20 min. op een zacht vuurtje sudderen. Draai de peren intussen af en toe. De kooktijd hangt af van de grootte van de peren, hun soort en hun rijpheid: houd ze dus in het oog!
3
Maak de puree: schil de knolselder, houd ¼ apart en snijd de rest in stukken. Kook ze 25 min. in kokend gezouten water. Giet de knolselder af en plet hem met 40 g boter, met een pureestamper. Mix een kleine hoeveelheid van deze puree fijn met de peterselieblaadjes en de olijfolie. Giet over de puree, meng en breng verder op smaak. Snijd intussen de rest van de knolselder in kleine blokjes en bak ze op een matig vuurtje goudbruin, in een braadpan met de geklaarde boter. Kruid met peper en zout.
4
Snijd de peren in 2 of in 4. Serveer ze met de puree bij de ragout. Werk af met tijm en eventueel met slierten sinaasappelzeste. Bestrooi de puree met de gebakken knolselderblokjes.
1
Meng de kruiden, het kruidentuiltje en een lange sliert sinaasappelzeste met de marinade. Leg het vlees in de marinade en laat het (minstens 3 u.) marineren. Bak het vlees 1.30 u. (met de geklaarde boter) volgens de instructies op de verpakking. Laat het zoals aangeduid 30 min. in de oven rusten.
2
Maak de peren: giet de wijn in een kleine kookpot met de honing, de kruiden, dikke slierten sinaasappelzeste en het sap van de sinaasappel. Warm zachtjes op en dompel er de hele geschilde peren in. Laat ± 20 min. op een zacht vuurtje sudderen. Draai de peren intussen af en toe. De kooktijd hangt af van de grootte van de peren, hun soort en hun rijpheid: houd ze dus in het oog!
3
Maak de puree: schil de knolselder, houd ¼ apart en snijd de rest in stukken. Kook ze 25 min. in kokend gezouten water. Giet de knolselder af en plet hem met 40 g boter, met een pureestamper. Mix een kleine hoeveelheid van deze puree fijn met de peterselieblaadjes en de olijfolie. Giet over de puree, meng en breng verder op smaak. Snijd intussen de rest van de knolselder in kleine blokjes en bak ze op een matig vuurtje goudbruin, in een braadpan met de geklaarde boter. Kruid met peper en zout.
4
Snijd de peren in 2 of in 4. Serveer ze met de puree bij de ragout. Werk af met tijm en eventueel met slierten sinaasappelzeste. Bestrooi de puree met de gebakken knolselderblokjes.