Schil de appelen, snijd ze in kleine blokjes en fruit ze op een vrij hoog vuur in een grote braadpan met 40 g warme boter. Bestuif met suiker, voeg het kaneelstokje en het gehalveerde vanillestokje toe. Bak goudbruin op een vrij hoog vuur en besprenkel met cognac. Voeg de rozijnen toe en fruit nog 2 min. op een matig vuurtje.

Bak de fazantfilets kort aan beide kanten in 30 g warme boter. Kruid met peper en zout. Bestrooi met geriste tijm. Laat 10 min. in de oven verder garen.

Blus de appelen intussen met de kalfsfond. Laat hem voor de helft op een hoog vuur inkoken. Haal van het vuur, voeg 30 g koude boter in blokjes toe en meng met een garde. Breng verder op smaak.

Serveer de fazant met de saus en de appeltjes. Werk af met grofgehakte noten en kervel.

Verwarm de oven voor op 180°C.

Bak de fazantfilets kort aan beide kanten in 30 g warme boter. Kruid met peper en zout. Bestrooi met geriste tijm. Laat 10 min. in de oven verder garen.

Blus de appelen intussen met de kalfsfond. Laat hem voor de helft op een hoog vuur inkoken. Haal van het vuur, voeg 30 g koude boter in blokjes toe en meng met een garde. Breng verder op smaak.

Serveer de fazant met de saus en de appeltjes. Werk af met grofgehakte noten en kervel.