1
Breek de eieren in een kom. Klop ze lichtjes tot een homogene mengeling en voeg er de parmezaan aan toe. Kruid met zout en peper.
2
Smelt een mootje boter in een pan met een diameter van 20 cm op een matig vuurtje. Bak een kwart van de eiermengeling zoals je je omelet het liefst hebt. Doe hetzelfde met de rest van het ei zodat je 4 dunne omeletten krijgt. Houd ze van elkaar door telkens een laagje bakpapier tussen de omeletten te leggen.
3
Houd een paar blaadjes van de kruiden apart om het gerecht af te werken. Hak de rest van de kruiden fijn samen met het wit van de lente-uitjes. Meng dit met de twee kazen en voeg een beetje olijfolie, zout en peper toe.
4
Smeer een laagje verse kaas op de verse omeletten en rol ze op. Snijd ze in dikke schijfjes en strooi er de resterende kruiden over, in zijn geheel of fijngehakt. Serveer de omeletschijfjes koud.
1
Breek de eieren in een kom. Klop ze lichtjes tot een homogene mengeling en voeg er de parmezaan aan toe. Kruid met zout en peper.
2
Smelt een mootje boter in een pan met een diameter van 20 cm op een matig vuurtje. Bak een kwart van de eiermengeling zoals je je omelet het liefst hebt. Doe hetzelfde met de rest van het ei zodat je 4 dunne omeletten krijgt. Houd ze van elkaar door telkens een laagje bakpapier tussen de omeletten te leggen.
3
Houd een paar blaadjes van de kruiden apart om het gerecht af te werken. Hak de rest van de kruiden fijn samen met het wit van de lente-uitjes. Meng dit met de twee kazen en voeg een beetje olijfolie, zout en peper toe.
4
Smeer een laagje verse kaas op de verse omeletten en rol ze op. Snijd ze in dikke schijfjes en strooi er de resterende kruiden over, in zijn geheel of fijngehakt. Serveer de omeletschijfjes koud.