1
Verwarm de oven voor op 195°C. Laat er de hele paprika’s gedurende 1 u in bakken. Doe ze in een gesloten luchtdichte pot en laat ze afkoelen.
2
Maak het groen van de prei schoon en snipper het fijn. Kook het preigroen 2 min. in kokend water, giet het af en laat het in koud water schrikken. Laat uitlekken en mix fijn.
3
Meng 400 g bloem, 2 kl zout, 2 el olijfolie en de eieren met de vingers en voeg beetje bij beetje preipuree toe (± 4 el). Kneed tot een stevig, maar soepel en homogeen deeg. Vorm een deegbal, wikkel hem in vershoudfolie en laat 1.30 u in de koelkast rusten. Houd de rest van de groene puree apart in de koelkast.
4
Snijd kleine deegworstjes met een mes. Wrijf je handen in met bloem en rol er de deegworstjes tussen. Leg ze één voor één op een schone keukendoek (zonder dat ze elkaar overlappen). Laat ± 2 u op kamertemperatuur drogen.
5
Schil en ontpit de paprika’s, terwijl je het sap in een kom opvangt. Snijd het vruchtvlees in reepjes.
6
Snijd het preiwit in stukken. Fruit ze 5 min. op een matig vuurtje, in een sauteerpan met 2 el olijfolie, de tijm en het sap van de paprika’s. Voeg de paprikareepjes toe, samen met de rest van de groene puree, 2 el olijfolie, peper en zout. Laat op een zacht vuurtje sudderen en kook intussen de pasta 2 min. in kokend gezouten water.
7
Giet de pasta af en voeg ze toe in de sauteerpan. Meng en breng verder op smaak. Serveer met de pijnboompitten en de geraspte parmigiano.
1
Verwarm de oven voor op 195°C. Laat er de hele paprika’s gedurende 1 u in bakken. Doe ze in een gesloten luchtdichte pot en laat ze afkoelen.
2
Maak het groen van de prei schoon en snipper het fijn. Kook het preigroen 2 min. in kokend water, giet het af en laat het in koud water schrikken. Laat uitlekken en mix fijn.
3
Meng 400 g bloem, 2 kl zout, 2 el olijfolie en de eieren met de vingers en voeg beetje bij beetje preipuree toe (± 4 el). Kneed tot een stevig, maar soepel en homogeen deeg. Vorm een deegbal, wikkel hem in vershoudfolie en laat 1.30 u in de koelkast rusten. Houd de rest van de groene puree apart in de koelkast.
4
Snijd kleine deegworstjes met een mes. Wrijf je handen in met bloem en rol er de deegworstjes tussen. Leg ze één voor één op een schone keukendoek (zonder dat ze elkaar overlappen). Laat ± 2 u op kamertemperatuur drogen.
5
Schil en ontpit de paprika’s, terwijl je het sap in een kom opvangt. Snijd het vruchtvlees in reepjes.
6
Snijd het preiwit in stukken. Fruit ze 5 min. op een matig vuurtje, in een sauteerpan met 2 el olijfolie, de tijm en het sap van de paprika’s. Voeg de paprikareepjes toe, samen met de rest van de groene puree, 2 el olijfolie, peper en zout. Laat op een zacht vuurtje sudderen en kook intussen de pasta 2 min. in kokend gezouten water.
7
Giet de pasta af en voeg ze toe in de sauteerpan. Meng en breng verder op smaak. Serveer met de pijnboompitten en de geraspte parmigiano.