1
Doe de in stukjes gesneden boter in een steelpan en verwarm op een zacht vuur.
2
Wanneer de boter begint te smelten, voeg je de chocolade toe en laat je alles nog een beetje smelten.
3
Neem de pan van het vuur, laat 1 min rusten en roer met de garde tot een glad mengsel.
4
Doe het in een kom, voeg 50 g bloemsuiker en het ei toe, meng goed en laat afkoelen.
5
Doe de koekjes ondertussen in een diepvrieszakje en sluit het met een knoop.
6
Klop er met een soeplepel op zodat je de koekjes verkruimelt tot kleine kruimels (! niet volledig tot gruis).
7
Knip de marshmallows met de schaar in kleine stukjes of trek er met de vingers kleine stukjes af.
8
Doe de koekjes en de marshmallows bij in de kom en meng goed met een soepele spatel.
9
Knip 2 rechthoeken van bakpapier.
10
Verdeel de bereiding in 2 en leg elke helft op een stuk papier.
11
Maak er lange worsten van die je oprolt in het papier: zorg dat het papier er goed rond zit en sluit de kanten al draaiend.
12
Leg de worsten minstens 2 u in de koelkast zodat ze hard worden.
13
Neem de worsten 30 min op voorhand uit de koelkast.
14
Rol ze dan in de resterende bloemsuiker en snijd ze met een broodmes in plakjes.
1
Doe de in stukjes gesneden boter in een steelpan en verwarm op een zacht vuur.
2
Wanneer de boter begint te smelten, voeg je de chocolade toe en laat je alles nog een beetje smelten.
3
Neem de pan van het vuur, laat 1 min rusten en roer met de garde tot een glad mengsel.
4
Doe het in een kom, voeg 50 g bloemsuiker en het ei toe, meng goed en laat afkoelen.
5
Doe de koekjes ondertussen in een diepvrieszakje en sluit het met een knoop.
6
Klop er met een soeplepel op zodat je de koekjes verkruimelt tot kleine kruimels (! niet volledig tot gruis).
7
Knip de marshmallows met de schaar in kleine stukjes of trek er met de vingers kleine stukjes af.
8
Doe de koekjes en de marshmallows bij in de kom en meng goed met een soepele spatel.
9
Knip 2 rechthoeken van bakpapier.
10
Verdeel de bereiding in 2 en leg elke helft op een stuk papier.
11
Maak er lange worsten van die je oprolt in het papier: zorg dat het papier er goed rond zit en sluit de kanten al draaiend.
12
Leg de worsten minstens 2 u in de koelkast zodat ze hard worden.
13
Neem de worsten 30 min op voorhand uit de koelkast.
14
Rol ze dan in de resterende bloemsuiker en snijd ze met een broodmes in plakjes.