1
Laat de maanzaadjes 2 u in warm water weken.
2
Verwarm de oven voor op 180°C. Plaats 2 stroken bakpapier kruisgewijs in een vierkante bakvorm van 22 cm zijde en laat ze over de randen hangen, om de bakvorm volledig te bekleden.
3
Splits de eiwitten van de eidooiers. Klop de eidooiers met de suiker, tot een wit mengsel. Roer er de goed uitgelekte maanzaadjes onder, samen met het amandelpoeder, het paneermeel, het bakpoeder en het sap van de citroenen. Klop de eiwitten tot schuim met het zout en schep ze bij de bereiding. Giet in de bakvorm en schuif 22 min in de oven.
4
Maak de karamel: doe de kristalsuiker en het water in een steelpan. Verwarm ze zonder te mengen op een vrij hoog vuur, tot een amberkleurige karamel. Haal de pan van het vuur en meng de boter met de karamel. Giet er de room bij (de karamel zal stollen en plakkerig worden, dat is normaal) en zet de pan weer op het vuur. Meng met een garde tot een homogene saus. Giet de saus in een grote kom en laat ze afkoelen. Meng intussen af en toe. Bewaar in de koelkast.
5
Maak de siroop: laat de room en de suiker ± 10 min in een steelpan pruttelen, tot een siroop (houd goed in het oog!).
6
Prik de gebakken taart regelmatig en overal in met een mes. Smeer ze in met de warme siroop zodat ze goed doorweekt is. Laat ze volledig afkoelen.
7
Ontvorm de taart op een dienschotel en versnijd ze in vierkantje stukken. Serveer met de karamelsaus.
1
Laat de maanzaadjes 2 u in warm water weken.
2
Verwarm de oven voor op 180°C. Plaats 2 stroken bakpapier kruisgewijs in een vierkante bakvorm van 22 cm zijde en laat ze over de randen hangen, om de bakvorm volledig te bekleden.
3
Splits de eiwitten van de eidooiers. Klop de eidooiers met de suiker, tot een wit mengsel. Roer er de goed uitgelekte maanzaadjes onder, samen met het amandelpoeder, het paneermeel, het bakpoeder en het sap van de citroenen. Klop de eiwitten tot schuim met het zout en schep ze bij de bereiding. Giet in de bakvorm en schuif 22 min in de oven.
4
Maak de karamel: doe de kristalsuiker en het water in een steelpan. Verwarm ze zonder te mengen op een vrij hoog vuur, tot een amberkleurige karamel. Haal de pan van het vuur en meng de boter met de karamel. Giet er de room bij (de karamel zal stollen en plakkerig worden, dat is normaal) en zet de pan weer op het vuur. Meng met een garde tot een homogene saus. Giet de saus in een grote kom en laat ze afkoelen. Meng intussen af en toe. Bewaar in de koelkast.
5
Maak de siroop: laat de room en de suiker ± 10 min in een steelpan pruttelen, tot een siroop (houd goed in het oog!).
6
Prik de gebakken taart regelmatig en overal in met een mes. Smeer ze in met de warme siroop zodat ze goed doorweekt is. Laat ze volledig afkoelen.
7
Ontvorm de taart op een dienschotel en versnijd ze in vierkantje stukken. Serveer met de karamelsaus.